Het lied van de dodo van David Quammen (ondertitel: Eilandbiogeografie in een eeuw van extincties) las ik deels uit belangstelling, deels als een vorm van boetedoening. Dat kwam zo. Op ZBDigitaal ging het een week of zeven geleden over het interview in de Volkskrant waarin de bekendste bibliotheekdirecteur van Nederland beweerde dat hij in principe geen boeken leest. Omdat ik inmiddels gewend ben wat deze directeur zegt zo nodig met enige korrels zout te nemen, deed dat me weinig. Wat ik me wél aantrok was wat een andere, iets minder landelijk bekende, bibliotheekdirecteur in een reactie op dat stuk schreef, nl. dat hij nooit meer romans las. Ik schreef er een blogpostje over waar tot mijn verrassing door degene die mij ertoe geïnspireerd had op gereageerd werd. Zo werd me duidelijk dat deze directeur weliswaar geen romans meer leest, maar wel heel wat andere boeken die ík waarschijnlijk nooit zal lezen, alleen al omdat ze me veel te moeilijk lijken.
Omdat hij vertelde dat hij ooit wél veel romans had gelezen, vroeg ik, wat ik wel vaker doe als ik een belezen persoon ontmoet, om leesadviezen. Bij de tips die ik kreeg stond Bij nader inzien van Voskuil en daardoor had ik meteen vertrouwen in het lijstje. Het boek van Quammen stond er ook op en zou iets zijn tussen literatuur en non-fictie in. Het bleek eenvoudig te vinden (op mijn werk), en ik besloot het te gaan lezen, mede omdat ik me inmiddels een beetje schaamde over mijn aanmatigende opmerkingen over het 'moeten' lezen van romans. (Ik vind overigens nog steeds dat iedereen, en bibliotheekdirecteuren in het bijzonder, dat eigenlijk zou moeten doen, maar wat je vindt hoef je niet altijd op te schrijven natuurlijk.) Ik vond dat ik wel enige penitentie verdiend had.
En, was het een straf om Het lied van de dodo te lezen? Een beetje wel, eerlijk gezegd, al heb ik er zeker geen spijt van dat ik hem vrijwillig op me genomen heb. Ten eerste is het boek erg dik en moest ik het wekenlang meesjouwen naar mijn werk om er in de trein in te lezen. Ten tweede vond ik het wat langdradig. Ten derde vond ik het tamelijk saai geschreven.
Dit waren de minpunten. De pluspunten waren dat het een zeer leerzaam boek is, dat de schrijver bewondering afdwingt voor wat hij weet en doet, en dat het over een terrein gaat dat me interesseert, laat ik het maar 'het milieu' noemen. En ondanks de in mijn ogen saaie stijl is het toch een meeslepend boek omdat er zoveel in gebeurt.
Het lied van de dodo gaat over evolutie en uitsterven van soorten. Omdat deze zaken in het bijzonder op eilanden zijn waar te nemen, heeft de auteur veel eilanden bezocht en daar gesproken met allerlei onderzoekers. Zelf is hij volgens mij wetenschapsjournalist en geen 'wetenschapper', maar de enorme lijst van door hem geraadpleegde literatuur is zeer indrukwekkend. Het enige waar hij in het biologisch en ecologisch onderzoek niet veel mee opheeft is wiskunde, en hoewel hij het belang ervan wel inziet, doet hij als er een formule o.i.d. ter sprake komt, daar altijd een beetje lacherig over, in de sfeer van 'daar gaan we ons maar niet druk over maken, daar heeft u als lezer natuurlijk ook helemaal geen zin in'. Dat vond ik een beetje flauw, maar voor de rest heb ik veel respect voor de enorme inzet van de auteur: veel boeken en rapporten lezen, veel wetenschapsmensen interviewen en ook alles nog eens ter plaatse gaan bekijken. En dat vervolgens allemaal samenvatten in een voor een 'breed publiek' toegankelijk boek. Er zijn niet veel mensen die zoiets kunnen vermoed ik.
Dat ter plaatse gaan bekijken geeft het boek de sfeer van een spannend avonturenboek. De auteur bezoekt allerlei eilanden, zoals de Galapagos-eilanden, de Indonesische archipel, Mauritius, de Hawaï-eilanden. Quammen vertelt over de reizen van A.R. Wallace, die ongeveer tegelijk met Darwin (of wellicht zelfs eerder) een theorie over het onstaan van soorten ontwikkelde maar daar minder beroemd mee werd, en maakt zelf ongeveer dezelfde reizen. Hij ontmoet veel onderzoekers die in vaak nogal oncomfortabele omstandigheden hun onderzoek verrichten en is bepaald niet bang of voorzichtig te noemen, zodat zijn avonturen soms maar op het nippertje goed aflopen.
Ik heb mijn huisgenoten een aantal 'spannende verhalen' uit het boek kunnen vertellen, zoals over Quammens ontmoeting met een Komodo-varaan of over de man wiens dak en terras vol lagen met leguanen, de man die het op zich nam een vrijwel uitgestorven torenvalksoort te redden, en de vrouw die poep van spinapen verzamelt. Ik heb fascinerende dieren leren kennen waar ik nog nooit van gehoord had, zoals de tenrek.
Het was aangenaam leesvoer, maar de ondertoon is uiterst ónaangenaam: er dreigt op grote schaal uitsterven van vele diersoorten. In feite is dit al bezig sinds de mens op aarde verschenen is, maar het tempo is de laatste decennia dramatisch verhoogd. Ik wist dat wel min of meer want het staat natuurlijk ook af en toe in de krant, maar het boek heeft me er veel meer van bewust gemaakt. Het werd me ook duidelijk dat allerlei pogingen om hier een daar een stuk 'natuur' te redden volstrekt onvoldoende zijn omdat het om geïsoleerde stukken gaat. Populaties die daar nog leven kunnen het misschien wel een tijdje volhouden, maar door o.a. inteelt wordt hun genetische variatie te klein en gaat het vermogen zich aan te passen aan veranderende omstandigheden verloren. Daar stopt dus de evolutie.
Over dit boek is heel veel te vertellen, maar dat kan ik niet, deels omdat ik het alweer vergeten ben, deels omdat ik het te moeilijk vind en er geen verstand van heb. Het is een zeer verontrustend boek en voor iedereen die geïnteresseerd is in milieubeheer e.d. volgens mij zeer de moeite van het lezen waard.
Ik heb dus geen spijt van het lezen van dit boek. Het was onderhoudend en leerzaam. Het was ook zeer somber, maar het ontnam je toch niet alle hoop. Maar het lezen van dit boek heeft me óók duidelijk gemaakt waarom ik liever romans lees. Daarover misschien later nog eens iets.
zondag 13 december 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Dat Quammen plots wat simpel gaat doen als er een formule om de hoek komt kijken vond ik zelf ook nogal flauw, of een zwaktebod. Als je je door zoveel pagina's aan het ploegen bent kan er ook nog wel een formule bij.
BeantwoordenVerwijderenMaar, hulde enzo dat je het uitgelezen hebt. Ik "dring" het boek wel vaker op aan mensen maar die hebben het dan plots opeens heel druk met andere dingen :)
Mocht je nog eens iets willen lezen waar de formules wel in worden beschreven ....
Dag Ton,
BeantwoordenVerwijderenHet gaat me niet zozeer om de formules, want de kans is groot dat ik die toch niet zou begrijpen. Maar ik vind dat Q. beter gewoon had kunnen schrijven dat hij er geen verstand van heeft, in plaats van te doen alsof wiskunde 'niet leuk' is of zoiets.
Ik lees nu weer even romans, maar als je nog zo'n populair-wetenschappelijk boek kunt aanraden ben ik wel geïnteresseerd. Een ander onderwerp is ook prima. Wel graag in het Nederlands.
Groet, schrvrdzs
Dag schrijver,
BeantwoordenVerwijderenIk zal vanavond eens voor de boekenkast gaan staan. Eerst nog wat vergaderingen afwerken.
Dag Ton,
BeantwoordenVerwijderenDa's aardig van je. Maar het mag ook morgen hoor. Of na de kerst.
Groet, schrvrdzs
Kijk, nou heb ik toch een klein beetje een boek gelezen dat ik zelf niet zo snel (zeg maar nooit) zou lezen.
BeantwoordenVerwijderenHa Tenaanval,
BeantwoordenVerwijderenDat gold voor mij ook, maar nu heb ik het tóch gelezen...
Groet, schrvrdzs