WELKOM OP MIJN WEBLOG

Dit blog is in de loop der jaren veranderd. Ooit ging het vooral over de bibliotheek, nu gaat het meer over lezen en taal. (Wie denkt: de bibliotheek gaat toch óók over lezen en taal, ziet dat anders dan ik.) Ooit werd het elke dag bijgehouden, nu minder regelmatig. Wat hetzelfde gebleven is: opmerkingen zijn van harte welkom.

zondag 9 mei 2010

Wat ik las 46

Van Lilian Blom las ik eerder De tuinkamer, waarin zij vertelt over het ziekbed en het overlijden van haar man Louis Ferron en daarbij ook terugblikt op zijn leven en hun relatie. Ik vond dat een mooi en ontroerend boek en toen ik haar tweede boek, Strijkend licht, tegenkwam wilde ik dat dan ook graag lezen.

Dit boek gaat over de manier waarop Lilian het verlies van haar man probeert te verwerken. Het sprak me veel minder aan dat het vorige. Ik vond het rommelig en gedeeltelijk niet interessant. Het is een verhaal in een verhaal en het werd me niet duidelijk waar het autobiografisch is en waar ik het als fictie moet zien. In een roman hoor je je dat eigenlijk niet af te vragen, maar omdat de hoofdpersoon een ik-figuur is die Lilian heet en de weduwe is van Ferron, is bij dit boek eigenlijk niet te vermijden dat je het wél doet.

Lilian heeft twee jaar na de dood van haar man nog steeds veel verdriet, ook al vragen mensen haar regelmatig of ze 'het al een plekje heeft kunnen geven'. Haar dochters en haar vrienden zijn haar tot steun en ze hoeft b.v. nooit zelf te koken maar kan altijd wel bij iemand eten. Maar ze wil haar leven weer in eigen hand nemen en besluit een psychotherapeut te raadplegen. Ze kiest daarvoor op goed geluk Charles Voorduin uit, omdat Louis als kind op de Voorduinstraat heeft gewoond.

Na haar eerste gesprek met Voorduin krijgt ze een droom waarin Louis tegen haar zegt dat ze een filmscenario moet gaan schrijven over Voorduin. Daar begint ze aan, en een deel van het boek bestaat uit de door haar verzonnen verhalen rond Voorduin, zijn vrouw en hun liefdeloze huwelijk. Van een roddelende kennis heeft ze gehoord dat Voorduin een versierder is, die de rijke dames die hij in zijn praktijk krijgt vaak in bed weet te praten. De rest verzint ze er zelf bij.

Al snel raakt Voorduin onder de indruk van Lilian, die anders is dan de vrouwen die hij gewoonlijk in zijn praktijk krijgt. Hij bekent haar dat hij geen officiële therapeut is en dat de diploma's die aan de muur hangen vervalst zijn. De rollen worden nu tijdens de bezoeken van Lilian halverwege omgekeerd: als zij haar verhaal gedaan heeft neemt ze plaats in de stoel van de therapeut en stort hij zijn hart bij háár uit. Er ontstaat een band en ze gaan samen naar een café en naar het strand.

Inmiddels was ik als lezer het spoor bijster en wist niet meer wat ik ervan denken moest. De stukken met de titel 'Synopsis' waren fictie, maar hoe zat het met de rest? Was die therapeut echt een oplichter, zijn de gesprekken die Lilian weergeeft inderdaad gevoerd, ging ze eigenlijk wel echt naar hem toe?

Nogmaals: in een roman hoort dit er niet toe te doen. Je neemt hem maar zoals hij is en 'waar gebeurd' of moet niet van belang te zijn. Maar hier lukte het me niet het verhaal op die manier te lezen.

Duidelijk werd dat het Lilian goed deed om te proberen dat filmscenario te schrijven. Het leidde haar af van haar verdriet en gaf haar energie voor een nieuwe start. Het was dus een goede raad, die haar man haar in die droom gaf (of die ze zichzelf gaf). Maar een goed boek werd het daarmee niet. Toch zal ik, als ze nog een boek schrijft, ook dat waarschijnlijk gaan lezen. Maar dat komt dan nog door De tuinkamer. En ook wel omdat Lilian Blom me een aardige, leuke vrouw lijkt, ook al hoort zoiets er bij een roman óók al niet toe te doen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten