Van wat ik van Ilja Leonard Pfeijffer gelezen heb begreep ik lang niet alles. Dat neemt niet weg dat ik hem bewonder. Die bewondering koester ik voor zijn, in mijn ogen, fantastische taalbeheersing. Het grote baggerboek (volgens Pieter Steinz het goorste boek van de Nederlandse literatuur) is eigenlijk te onsmakelijk om te lezen, maar het is zó goed geschreven dat ik het niet kon wegleggen. (In de trein hield ik het op een kiertje open uit angst dat iemand naast mij zou meelezen.) Het toneelstuk De eeuw van mijn dochter zou me waarschijnlijk als het in gewoon Nederlands geschreven was niet erg geboeid hebben, maar zoals het nu is vormgegeven (in wat volgens een klassiek geschoolde huisgenoot hexameters zijn) heb ik ervan genoten. Het verhaal van Rupert begreep ik maar half, maar ik las het toch uit. In Het ware leven, een roman bleef ik uiteindelijk steken, maar toen was ik al een heel eind. Zijn gedichten vind ik vrijwel allemaal min of meer onbegrijpelijk (maar zo horen gedichten volgens Pfeijffer ook te zijn).
Tijdens het lezen van zijn werk heb ik verschillende keren gedacht: wat kun je toch prachtig schrijven ILP, maar wordt het ooit nog eens wat persoonlijker? Ik lees een taalkunstwerk, maar er zit geen emotie in. Wat houdt je nog meer bezig dan alleen de schoonheid van de taal? Misschien had ik dat, als ik een betere lezer was, er wel uit kunnen halen, maar die betere lezer ben ik niet, dus ik hoopte dat ILP ooit eens een wat toegankelijker boek zou schrijven.
En dat deed hij. De afgelopen dagen las ik De filosofie van de heuvel. De vraag is nu wel of ik er veel verder mee ben gekomen. De Ilja Leonard Pfeijffer die ik in dit boek leerde kennen is een aardige, verliefde man, die samen met zijn geliefde naar Rome fietst en daar verslag van doet. Zijn reisgenote, Gelya Bogatishcheva, maakte foto's en zo is de auteur fietsend, uitrustend, banden plakkend en wijn drinkend te zien en weet je zelfs welke (twee) broeken hij bij zich had.
ILP wordt door een Russisch meisje dat hij een paar maanden eerder in een Leids café heeft ontmoet ertoe overgehaald samen met haar naar Rome te fietsen. Zij heeft veel fietservaring, hij vrijwel geen. Zij heeft een mountainbike, hij koopt een tweedehands racefiets. Met twee fietstasjes op de moutainbike en en klein rugzakje op de rug van ILP vertrekken ze op 1 juni 2008 om 15.45u, komen de eerste dag tot Gorinchem, en bereiken op 11 juli om 20.30u Rome. Onderweg waren ze in Genua en voelden dat ze daar thuishoorden. Na aankomst in Rome nemen ze de trein terug naar Genua en daar wonen ze (geloof ik) nu nog.
ILP schrijft een dagboek over de tocht, GB maakt er foto's bij, zowel van haar reisgenoot als van het landschap. Een enkele keer staat ze er zelf op. Ik heb deze keer niet speciaal bewondering voor de stijl, al heb ik het boek wel met genoegen gelezen, maar des te meer voor de prestatie van het ongetraind op een oud fietsje, onderweg ook nog 's stevig rokend en drinkend, naar Rome fietsen. De vele heuvels maakten het enorm zwaar, maar brachten de schrijver tot zijn 'filosofie van de heuvel', die ik niet precies kan navertellen, mede omdat hij gaandeweg wordt bijgesteld. Maar het heeft ermee te maken dat je niet aan het einddoel moet denken maar alleen aan de weg. Je moet naar Rome fietsen zonder aan Rome te denken. De dagen dat ze per se een bepaalde plaats wilden bereiken waren de slechtste dagen; de dagen dat ze gewoon een eind gingen fietsen de beste.
Onderweg vinden ze af en toe onderdak via couchsurfing, maar ze logeren vrnl. in hotels. ILP krijgt een hechte band met zijn fiets, de Oude Batavus. Ze beklimmen vele heuvels. Ze fietsen een paar keer over de snelweg, een keer zelfs in het donker zonder fietsverlichting. Ze worden achtervolgd door een wild zwijn. Af en toe hebben ze ruzie. Ze drinken veel wijn. Het landschap is vaak prachtig.
Gelya huldigt de 'vrolijke flodderfilosofie' van 'prosto tak' (ook een keer geschreven als 'prosta tak', ik weet niet wat het moet zijn), wat zoveel betekent als 'gewoon zo'. Je moet niet plannen en niks verwachten, want dan valt het altijd tegen. Laat de dingen gewoon gebeuren. ILP sluit zich meer en meer bij haar filosofie aan. Een paar citaten:
Eerst moest ik leren dat het zinloos is om iets te willen, omdat toch alles gewoon gebeurt. Toen ik die trap van verlichting eenmaal had bereikt, moest ik leren dat het zinloos is om iets te willen, omdat alles toch gewoon gebeurt zoals zij het wil. Zo niet goedschiks, dan kwaadschiks. Verzet is zinloos. En ook helemaal niet gezellig. Dat was de heuvel die ik moest overwinnen tijdens de donkere dagen in Noord-Frankrijk. Ik zal niets meer willen dan wat zij wil. Want dat is toch eigenlijk ook precies wat ik wil. De rest is onzin. Of in elk geval veel te veel gedoe.
Want eigenlijk schrijf ik dit helemaal verkeerd. We zijn in Genua. Zij straalt en ik word warm en gelukkig van haar licht. Alles is onbelangrijk. Alles is eigenlijk alleen maar grappig.
Uit de epiloog:
De reis heeft mij geleerd geduldig te zijn en dat het niet van belang is enig doel te bereiken, zolang je maar onderweg bent naar dat doel. Ik heb vooral geleerd dat niets te forceren valt en dat je je doel veel later zult bereiken, of helemaal niet, zodra je je tot het uiterste gaat inspannen om het doel zo snel mogelijk te bereiken. De filosofie van de heuvel was achteraf heel simpel. Bijna te banaal om op te schrijven. De beklimming en de afdaling horen bij elkaar. Ze zullen elkaar blijven opvolgen tot het einde der tijden. En de beste manier om daarover na te denken is om er niet over na te denken maar erop te vertrouwen.
In Genua schrijft hij ook dit:
'Waarom moeten we eigenlijk naar Rome fietsen?' vroeg Gelya. 'We kunnen ook een goedkoper hotel zoeken en tot maandag wachten en dan naar de makelaar gaan en hier wonen.' Ik was heel stil. Ik wilde niets liever. Ik had mij nog nooit zo gelukkig gevoeld als in de afgelopen dagen met Gelya in Genua. Als schrijver mag ik dat soort zinnen niet schrijven, ik weet het, maar het maakt me geen fuck uit want het is waar. Er was geen enkele reden meer om naar Rome te fietsen. We waren thuis.
Van mij mag hij zulke zinnen gerust schrijven. Maar bij een zin als deze kreeg ik toch een beetje de kriebels:
Meestal begin ik rond een uurtje of vijf voorzichtig te suggereren dat er in dit dorpje leuke terrasjes zijn en vast ook wel een hotel.
Uurtje, dorpje, terrasjes? Is dit het taalwonder ILP? Ik begon te denken dat dit boek misschien in de eerste plaats een poging is eens in een andere stijl te schrijven. Het lijkt me niet erg waarschijnlijk, maar áls het zo is, dan vind ik de poging geslaagd.
In Genua schreef ILP inmiddels een toneelstuk in het Italiaans, dat ook is uitgevoerd. (Dit komt niet voor in het boek maar heb ik ergens anders gelezen.)
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Zo, schrijverdezes: beloofd is beloofd. Een prachtige blik op de filosofie van de heuvel geef je!
BeantwoordenVerwijderenDank en ik weet meteen: geen boek voor mij.
Zoals je het beschrijft lijkt het een reality soap van een verliefd stel op fiets die tot tegeltjeswijsheid komen.
Ik moet eerlijk bekennen dat ik nog nooit iets heb gelezen van deze jongeman en de stukjes in de NRC sloeg ik om de een of andere reden altijd over.
Tja, wat is dat?? Geen idee.
Wel heb ik zojuist Zomertijd dichtgeklapt. Mijn favoriete schrijver roept een aantal jeugdliefdes op die een blik geven op de schrijver als mens.
Nu weten we al door het interview metKayzer en dergelijke hoe de man ongemakkelijk is in het contact.
Om daar nog eens dunnetjes zelf een eigen icoon voor op te zetten is mij teveel van het goede.
Ik mis de noodzaak van het schrijven.
Waarcsgijnlijk zie ik het niet goed daar dit boek alom geprezen wordt.
Ik word oud en der dagen van lezen zat.
Dag Katharina,
BeantwoordenVerwijderenDank voor je compliment. Je typering van 'verliefd stel enz.' klopt wel, maar wie ILP een beetje kent neemt dit op de koop toe.
Van wie is Zomertijd (en wie is dus je favoriete schrijver)? Ik kon het via Google niet vinden. Vandaar dat ik wat je er over zegt niet goed kan plaatsen.
'Oud en der dagen van lezen zat' doet me denken aan wat ik ooit van Kees Fens las: 'vanaf een bepaald moment zou je eigenlijk alleen nog maar moeten herlezen' (of woorden van gelijke strekking).
Groet, schrvrdzs
@ Katharina,
BeantwoordenVerwijderenIk vond het alsnog: Coetzee. Ik was die hele titel vergeten. (Er zijn hier meer mensen oud...)
Ik herinner me nu ook het interview.
Voor mij is In ongenade zijn meesterwerk, de rest viel me daarna allemaal tegen, met uitzondering van Wereld en wandel van Michael K en Jongensjaren. Maar door In ongenade hoort hij toch tot de door mij bewonderde schrijvers.
Groet, schrvrdzs
Yes schrijver dezes!
BeantwoordenVerwijderenNa mijn klungelige oordeel over Coetzee trok ik mij onderstaande parabel van Poesjkin enigszins aan:
De schoenmaker
Parabel van Poesjkin
Een schoenmaker die naar een schilderij keek
Wees op een fout: het schoeisel was verkeerd.
De kunstenaar, die dit gehoorzaam bijstreek,
Werd niettemin nog meer bekritiseerd:
“zou je die borst niet enigszins bedekken?
En dat gezicht, daar moet je iets aan doen”.
Dit kon alleen Apelles’ hoon maar wekken:
‘Jouw oordeel reikt niet hoger dan die schoen’.
Ik ken iemand die dit zich aan moest trekken.
Ik weet niet eens waar hij verstand van heeft,
Al heeft hij steeds van alles aan te merken.
Als hij zich eens tot schoeisel zou beperken
In plaats dat hij visies ten beste geeft.
Dag Katharina,
BeantwoordenVerwijderenEen mooie parabel. Wil je ermee zeggen dat je eigenlijk geen kritiek zou horen te hebben op dingen die je zelf niet kunt? Daar zit iets in, maar ik houd me er niet aan. Ik weet dat ik zelf geen boek kan schrijven, maar toch vind ik het ene boek goed en het andere niet. Evenmin kan ik componeren of piano spelen, maar toch heb ik een mening over (sommige) muziekstukken. Wel realiseer ik me heel goed dat iets maken veel inspanning vereist. Zo heb ik (b.v.) zelfs bewondering voor de schrijfsters van streekromans, al vind ik het eindproduct veelal verschrikkelijk. 'Doe het zelf maar eens,' (o.i.d.) schrijft Reve ergens, al heeft hij het daar niet over streekromans maar over zijn eigen werk.
Groet, schrvrdzs