donderdag 14 mei 2009
Moralistisch praatje 3
Een tijdje terug schreef ik iets over sociaal op internet en a-sociaal in de trein. Dit n.a.v. een berichtje van Jan op twitter over een artikeltje op Molblog, waarin te lezen was dat uit onderzoek is gebleken dat te snelle berichtgeving (zoals op twitter) kan leiden tot ongevoeligheid en het onvermogen zich in te leven in een ander en meededogen of bewondering voor hem te voelen.
Ik ging mij toen even te buiten aan een relaas over mensen die in de trein alleen maar bezig zijn met hun muziek, hun telefoon, hun laptop of kun krantje, en die niet (willen) zien dat er soms iemand naast hen staat aan wie ze hun zitplaats wel eens zouden kunnen aanbieden. Ik nam mij voor later uit te leggen hoe ik op dit zijspoor was gekomen. Vaak vergeet ik een dergelijk voornemen, maar in dit geval word ik er in de trein af en toe aan herinnerd. Pas nog kwamen, in een overvolle trein waarin bijna iedereen jong was, twee oude dametjes binnen. Aangezien ze nog zonder stok liepen en ik al de hele dag gestaan had op mijn werk voelde ik mij niet geroepen op te staan. Ik hoorde een meisje achter mij zeggen: u kunt hier wel zitten. De oude dames konden het er echter niet over eens worden wie van hen het meest voor de zitplaats in aanmerking kwam en bleven toen maar allebei staan, waarop het meisje bleef zitten en zei: zegt u het maar als u wilt zitten, ik kan heel goed staan. Wat in dit verhaal ontbreekt is natuurlijk een tweede 'jongere', die toen zei: u kunt allebeí zitten hoor, ik kan ook heel goed staan.
Nou ja, daar wou ik het eigenlijk niet nog een keer over hebben (maar ik deed het toch). Wat ik wél wil zeggen zijn twee dingen: 1. dat sociaal zijn op internet blijkbaar sociaal zijn in het 'echte leven' niet bevordert en 2. iets n.a.v. het artikeltje over twitter en je kunnen inleven.
('t Wordt vast en zeker weer net zulk gezeur als over de diverse kloven, dus wees gewaarschuwd en stop gerust met lezen.)
Ik geloof heus wel in het sociale van sociale sites. Ik doe er zelf nauwelijks aan mee, maar toch heb ik via dit blog en zelfs via twitter een paar mensen leren kennen met wie ik, ook al heb ik hen nooit gezien en weet ik zelfs soms hun echte naam niet, een zekere verbondenheid ervaar, b.v. omdat we de liefde voor een bepaalde schrijver delen. Dat anderen dat met 100 of zelfs 500 mensen kunnen hebben wil ik ook gerust geloven, al zou het mij niet lukken.
Preciese cijfers heb ik niet uit Google kunnen halen, maar het lijkt erop dat in elk geval meer dan 50% van de Nederlanders (vanaf een bepaalde leeftijd gerekend?) lid van een of meer sociale netwerksites is. En natuurlijk nog veel meer mensen hebben een telefoon met een heel netwerk erin. En die netwerken zijn niet alleen 'digitaal', maar manifesteren zich ook in het zichtbare leven, door twitterborrels e.d. Dergelijke netwerken kunnen, neem ik aan, je leven verrijken en plezierig maken. Maar al die mensen in de trein zitten meestal niet in elkaars netwerk en dat komt op de een of andere manier de onderlinge solidariteit niet ten goede.
Ik weet niet of het klopt en ik vind het zelf ook wel een tamelijk vage gedachte, maar ik heb zo'n gevoel dat men 'vroeger', toen je netwerk (een term die toen misschien nog niet eens bestond) nog vrnl. bestond uit je familie, je buren, een paar vrienden en de kerk, dat er toen sneller een soort instant-netwerk kon ontstaan. Voorbeelden daarvan zijn b.v. de volle coupé, de wachtkamer van de dokter of de ziekenzaal. Volgens mij had je daar vroeger soms een soort ter plekke ontstane saamhorigheid, zo van: we zitten hier met z'n allen en laten we er het beste van maken. Ben je oud dan mag je zitten, niet omdat we zo aardig zijn maar omdat we zelf ook een keer oud worden en dan ook graag willen zitten. (Soms, ik heb het een paar keer meegemaakt in de bus van Zeeland naar Rotterdam, stapt er nog wel 's een oude mevrouw in die niet weet dat het tegenwoordig anders is en die dan op verongelijkte toon een 'jongere' verzoekt op te staan. De achterliggende gedachte zal wel zijn: ik stond vroeger ook altijd op voor oude mensen, dus nu ben ik zelf aan de beurt om te mogen zitten.)
Voor ik verder verzand in OV-taferelen, wat ik wilde zeggen is dit: doordat iedereen meer en meer met digitale middelen z'n eigen wereld schept en die wereld deelt met wie hem het beste ligt, gaat het besef verloren dat we met een willekeurige vreemde naast ons in de trein ook heel wat delen, nl. dat we een mens zijn en graag een beetje menselijk behandeld worden.
Wordt t.z.t. (hopelijk) vervolgd met punt 2. Mijn bedoeling is om uiteindelijk bij het belang van literatuur (én van de bibliotheek) uit te komen, maar dat valt nog niet mee...
(Ja, het was weer moralistisch, dat geef ik toe, maar ik bedoelde het toch ook een beetje sociologisch.)
Foto hier gevonden.
Labels:
Sociale netwerken
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Oei als ik menselijk behandelen en de trein lees, dan moet ik meteen denken aan de Cluetrain manifesto (http://www.cluetrain.com/).
BeantwoordenVerwijderenDit is een boek wat al meer dan 10 jaar geleden is geschreven over internet, sociale processen, toekomst, marketing en hoe bedrijven hiermee om moeten gaan.
Een van de centrale boodschappen is dat klanten mensen zijn en ook als mens behandeld willen worden.
Misschien een leuke leestip. Zowel online als in boekvorm te lezen.
Over het OV hoor ik eigenlijk al meer dan 15 jaar dat er niet meer opgestaan wordt door jongeren en hoe schandalig dat nu is. Dus ik vermoed dat hier andere oorzaken voor zijn dan het internet en sociale netwerken...
Juist: individualisme en verhuftering.....(daarom 'vlucht' ik af en toe naar NIVON-huizen, omdat het daar is zoals het zou moeten zijn).
BeantwoordenVerwijderenDag Jeroen,
BeantwoordenVerwijderenVan Cluetrain manifesto had ik nog nooit gehoord. Ik hoop dat het er van komt het eens te bekijken.
Je opmerking dat er al 15 jaar geklaagd wordt dat jongeren niet meer opstaan in het OV en dat het dus niet aan internet kan liggen was verhelderend. Ik had de hele tijd al het gevoel dat het misschien onzin was wat ik verzonnen had en nu realiseer ik me dat ik waarschijnlijk in de valkuil van de schijncausaliteit gevallen ben: twee dingen treden gelijktijdig op en het een zal dus wel een gevolg van het ander zijn. Ik hang nu, tot ook dat omver gehaald wordt, even de theorie aan dat zowel het veelvuldig op sociale sites verkeren als het niet opstaan in de trein het gevolg zijn van een derde ontwikkeling: de individualisering van de maatschappij. Festina noemde het ook al. De vraag is dan weer waar die individualisering vandaan komt. En zo blijven we lekker bezig.
Groet, schvrdzs
p.s. Ik moest ook weer denken aan de uitspraak dat internet dingen niet veroorzaakt maar verhevigt. Die verklaart misschien toch ook iets.
Ha Festina,
BeantwoordenVerwijderenDie 'vlucht' herken ik. Ik ga soms naar het museum om even tussen de brave burgers te verkeren. Op twitter vond ik het ook even zo'n oase. En toen ik twee jaar geleden met vakantie in Frankrijk was. En aan het strand in Haamstede. En toch gaan die werelden me na een tijdje ook weer benauwen. Kortom, het is nooit goed of het deugt niet.
Groet, schrvrdzs