Zakkut vertelle of zakkut nie vertelle, dat was wel effe de kwestie. Maar okee, ik vertelt 't gewaun, ken mijn 't rotte. Ik ben naar de film De Marathon (regisseur: Diederick Koopal) geweest. En hij viel me maar op een enkel onderdeel tegen en verder was-ie zoals ik verwacht had: erg Rotterdams en het bekijken waard. Misschien heb ik geen smaak, dat begin ik een beetje te vrezen, ik bedoel geen verfíjnde smaak, maar ik heb verschillende keren erg moeten lachen. Ik heb me ook geërgerd trouwens, maar dat was pas aan het eind.
Af en toe kijk ik naar Pauw & Witteman en daar zag ik een keer iets over De Marathon en het kleine stukje dat ik van de film zag was zo aanstekelijk Rotterdams dat ik dacht: die zou ik wel willen zien. Nu denk ik vaker van een film dat ik hem zou willen zien en komt het er vrijwel nooit van, maar deze keer gebeurde het dan toch, dankzij enig aandringen van een van mijn kinderen. Ik ging naar Delluft om de film te zien, want toen we in Rotterdam zouden gaan was hij uitverkocht. Dat was hij nu ook trouwens, maar we waren nog op tijd.
En ik heb me prima vermaakt. Het zou niet moeilijk zijn om de film af te doen als ordinair, flauw, plat, voorspelbaar, ongeloofwaardig. En dat vond ik hem ook allemaal wel een beetje, maar ik vond hem vooral leuk en vol Rotterdamse humor en Rotterdams taalgebruik en Rotterdamse types en mooie beelden van de stad. Als dezelfde film in Amsterdam, of zoals je het als Rotterdammer eigenlijk hoort te zeggen: in 020, zou spelen, dan had ik er waarschijnlijk een stuk minder plezier in gehad. Overigens gingen de hoofdrolspelers ook nog een dag naar 020 en hadden het daar best naar hun zin tot ze een wielklem op hun auto ontdekten. Toen pikten ze maar een rondvaartboot en voeren daarmee naar huis. Dit is wel ongeveer het niveau van onwaarschijnlijkheid dat de film typeert, maar dat stoorde voor geen meter zeg maar.
Het verhaal gaat zo. Vijf mannen runnen een garage in een volksbuurt. Een van hen is een Egyptische jongen, de anderen zijn rasechte Rotterdammers van middelbare leeftijd. De zaken gaan slecht en de Egyptische Youssoef doet het meeste werk, de rest zit te klaverjassen, koffie te drinken en te ouwehoeren. Alleen als er een mooie vrouw binnenkomt komen ze overeind uit het versleten bankstel. Er zijn grote belastingschulden en als ze erachter komen dat Youssoef (ook wel 'kameel' genoemd) vroeger goed verdiend heeft aan het lopen van marathons willen ze dat ook wel. Youssouf heeft nu een 'horrelvoet' als gevolg van een ongeluk. De vier anderen, drie van de vier behoorlijk te dik en alle vier niet vies van een biertje, gaan op zoek naar sponsors (uit te spreken als spons-oren). Dat levert fraaie scènes op, zoals in een Chinees restaurant waar de bijdrage uit een kalender bestaat en bij Herman den Blijker (die zichzelf speelt) die niet bepaald reclame in hen ziet. Uiteindelijk sluit Gerard, de eigenaar van de garage, een deal met een oom van Youssoef die een groot bedrijf in tweedehands auto's heeft. Als ze de marathon uitlopen krijgen ze 40.000 euro van hem, zo niet dan krijgt de oom de garage.
Ze gaan trainen onder leiding van Youssoef. Ook dat is nogal grappig, het kopen van de sportkleding, het oefenen in een park en op de Maasvlakte, de baby van de vriendin van een van hen die mee moet in een draagzak, Youssoef die hen aanspoort en opjaagt en vanaf zijn brommer van drankjes voorziet. Inmiddels ben je ook op de hoogte van de huiselijke situatie van de vier lopers. Elk heeft zijn eigen drama, een puber die niet wil leren, een vriendin die ontrouw is, een baby die is doodgegaan, eenzaamheid. Daar komt nog bij dat Gerard ongeneeslijk ziek blijkt te zijn. Hij wil dat aan niemand vertellen, alleen Youssoef krijgt het te horen.
Uiteindelijk lopen ze de marathon, wat nog bijna mis ging omdat de vrouw van een van hen wil dat haar man op zondag naar de kerk gaat, maar het komt nog net op tijd voor elkaar. Het lopen gaat goed tot Gerard vlak voor de finish in elkaar zakt. Daarna ontspoort de de film voor mijn gevoel, maar daar zal ik het niet over hebben. Het slot vond ik wel weer aardig, onder andere omdat ze Youssoef dan toch maar eens leren klaverjassen.
Ben je Rotterdammer, kun je tegen een forse portie godverdommes en heb je geen al te subtiel gevoel voor humor? Dan kejje gerust gaan kijke, wat mijn betreft. Voor alle anderen: je bent gewaarschuwd.
Het was in de bioscoopzaal tijdens de voorfilms nogal rumoerig. Veel jongelui, veel popcorn, hevig lachende meiden. Daarom vond ik het best merkwaardig dat het tijdens de film, afgezien van momenten dat er gelachen werd, heel stil was. De film maakte blijkbaar indruk. Dat vond ik verrassend en ik vroeg me achteraf af of, en zo ja hoe, een dergelijk effect met lezen in plaats van met film kijken bereikt zou kunnen worden. Dit lijkt er misschien een beetje bijgesleept om het bovenstaande een verantwoord tintje te geven, maar zo is het niet bedoeld. Ik denk écht dat het iets is om over na te denken, dat wil zeggen voor al die mensen – leraren, ouders, bibliothecarissen – die vinden dat 'de jeugd' meer zou moeten lezen.
Foto hier gevonden.
Het lijkt wel alsof je je schaamt om deze film te waarderen. Ik vond het een prachtige film, vooral vanwege de acteurs, moet ik zeggen.
BeantwoordenVerwijderenDe onwaarschijnlijkheden zijn inderdaad enorm; meestal irriteren die me mateloos in een toch realistisch ogend verhaal en decor, maar hier pikte ik het. Het einde, wat je zegt, niet fraai en echt té. Smakeloos ook. Maar de rest was zo goed dat ik dat einde maar wat wegmoffel in mijn herinnering aan de film.
Ook "mijn" zaal leek in het begin niet te temmen, maar werd eveneens heel stil in de loop van het verhaal. Het was inderdaad frappant.
Aan jouw vraag hoe je dit kunt bereiken met lezen, waag ik me niet.
Ha Piet,
BeantwoordenVerwijderenJa, daar heb je me te pakken, dat ik me een beetje schaamde. Ik twijfelde zelfs of ik er wel over zou bloggen, maar dat heb ik toch maar gedaan. Ik zie erg weinig films en kan er dus nauwelijks over oordelen. Ik vond deze film leuk, maar dacht: kán dat eigenlijk wel? Is hij niet te banaal? Want dat vond ik hem toch ook wel een beetje. Vooral dat einde, dat vond ik net als jij smakeloos en toen schaamde ik me dat ik er naar zat te kijken. Dat had anders gekund, daar was de film in mijn ogen beter van geworden.
Onwaarschijnlijkheden storen mij niet zolang ze binnen het verhaal maar een zekere geloofwaardigheid hebben. Zoals die rondvaartboot, dat vond ik alleen maar grappig. Of dat die mannen na zes maanden trainen een marathon zouden kunnen lopen, dat kan volgens mij ook niet, maar dat stoorde me helemaal niet.
De vraag over hoe je jongelui met lezen net zo zou kunnen boeien als met deze film, die kan ik zelf evenmin beantwoorden. Misschien is het ook gewoon niet mogelijk.
Groet, schrvrdzs