Omstreeks juni 1963 (de preciese datum is niet bekend) schrijft M. Vasalis in een brief aan Geert van Oorschot:
Dat boek was een grote verrassing & vreugde. Wat bijzonder lief van je. Het is zonder twijfel een boek van groot kaliber.
Het gaat hier over Bij nader inzien van J.J. Voskuil. Als ik Voskuil goed begrepen heb was het zijn bedoeling met dit boek te laten zien dat vriendschap niet bestaat. Ik vond het daarom wel een beetje verrassend dat Vasalis het boek zo prijst. Van Oorschot vond het trouwens ook heel goed, zoals we uit Het Bureau weten. Dat het me verraste is omdat ik het las in M. Vasalis & Geert van Oorschot: Briefwisseling 1951-1987, een boek dat je als een bewijs van het tegendeel zou kunnen beschouwen: vriendschap bestaat wel degelijk.
Ik heb altijd graag brievenboeken gelezen. Dagboeken ook trouwens. Dat heeft dezelfde reden als het lezen van boodschappenbriefjes, het naar binnen kijken bij mensen die 's avonds de gordijnen open laten en het luisteren naar gesprekken in de trein. Die reden is mijn nieuwsgierigheid naar 'hoe de mensen leven'. Romans zijn daar natuurlijk ook heel geschikt voor, maar ik heb het gevoel dat het bij brieven en dagboeken net iets dichterbij komt.
De brieven van Vasalis en Van Oorschot geven inderdaad een kijkje in hun bestaan, maar stijgen daar, in tegenstelling tot een boodschappenbriefje, ver bovenuit. Ik vond ze erg mooi, laat ik dat eerst maar even zeggen. Ik nam het boek op zaterdagmiddag mee uit de bibliotheek en had het op maandag uit, wat voor mij nogal uitzonderlijk is. Ik las en las en kon het bijna niet wegleggen. (Dát ik het ging lezen komt overigens door een stuk op Foxxblok van anderhalf jaar geleden, waar ik allang niet meer aan dacht maar dat toen ik het boek, op zoek naar iets anders, bij toeval zag staan in bibliotheek, toch een vage herinnering opriep, voldoende om het boek in te kijken, waarna ik dacht: ik wil het lezen. Wat, tussen haakjes, maar dat staat dit al, tevens als pleidooi gezien kan worden voor een ruim gesorteerde bibliotheek waar je nog de kans hebt bij toeval op iets moois te stuiten.)
Van Vasalis (die Kiki genoemd werd, Van Oorschot schreef o.a. ook Kicky) weet ik niet veel, ik heb wel wat van haar gedichten gelezen, maar dat is omdat 'iedereen' die nou eenmaal gelezen heeft. Van Van Oorschot weet ik ook niet zoveel, al heb ik ooit wel genoten van zijn Twee vorstinnen en een vorst. Dat hun Briefwisseling me zo boeide was dan ook niet omdat ik graag meer over de twee schrijvers wilde weten. Maar ik werd meegesleept door hun vermogen tot prachtig formuleren, hun gedachten, ideeën en observaties en door de manier waarop ze met elkaar omgaan. Dat alles maakte het boek voor mij boeiender dan menige roman, terwijl hun brieven toch niet geschreven zijn met het oog op onbekende lezers.
Er zijn meer brieven geweest, maar een deel is vernietigd omdat Vasalis ze te persoonlijk vond. Zo is er weinig te lezen over ingrijpende gebeurtenissen als de zelfmoord van een van Van Oorschots zonen en over de dood van zijn vrouw. De vrienden belden elkaar ook en ontmoetten elkaar af en toe. De brieven in het boek geven dan ook geen compleet beeld van hun vriendschap. Maar wat er wél te lezen is, is toch heel veel. Je proeft uit alles hoezeer ze op elkaar gesteld waren en hoe ze met elkaar meeleefden.
De brieven van Van Oorschot gaan, waarschijnlijk doordat de persoonlijker brieven uit die tijd verscheurd zijn of gewoon niet opgenomen, in het begin vaak over zakelijke dingen: royalties, oplages, een herdruk. Ook probeert hij Vasalis er met enige regelmaat toe te bewegen nieuw werk door hem te laten uitgeven, maar zij vraagt hem als reactie daarop meestal haar op dat punt met rust te laten. Er is ook overleg over literaire bladen die VO uitgeeft, o.a. Tirade. De meer persoonlijke dingen komen vooral verderop in het boek, als Van Oorschots vrouw niet meer leeft en hij verschillende keren in het ziekenhuis komt te liggen. Hij schrijft dan lange brieven waarin hij zakelijk en nuchter over zijn ernstige ziektes vertelt en uitgebreid en met veel enthousiasme over de natuur en zijn tuin.
Vasalis vertelt wat ze vindt van het werk van andere schrijvers, over haar gezin en de zorg voor haar moeder, dat ze het druk heeft met logés, over haar nieuwe literaire werk dat ze nog niet goed genoeg vindt om te publiceren. Ze leeft met Van Oorschot mee, geeft hem raad, zegt hoe blij ze is met zijn brieven. Ook haar man Jan is bevriend met Van Oorschot en volgens de samenstellers van het boek schreef Van Oorschot hem soms ook brieven.
Als Van Oorschot door hem zelf geschreven verhalen aan Vasalis stuurt, bespreekt ze die kritisch. Ze prijst ze, maar doet ook suggesties tot verbetering.
Er staat veel in het boek dat ik zou willen citeren, maar ik zal mij beperken. Lees zelf het boek maar, als het je wat lijkt.
Een paar citaten:
We zijn hier zo gelukkig als 't hoort; d.w.z. vaak ongelukkig, maar niet benard. Met ruimte en niet ál te mooi. Met ongemakken, die de werkelijkheid accentueren. (V aan VO, 1964)
Sedert ik besef en accepteer, dat het leven hoofdzakelijk bestaat uit misverstanden en kopspijkers (met de punt naar boven) geniet ik erg van de kleine afstanden tussen, boven of onder die ongemakken en van de momenten waarin geen misverstanden heersen. (V aan VO, 1968)
Ik was zielsgelukkig met je brief, want je trekt mij altijd weer wat omhoog en in mijn evenwicht. Blijf nog lang leven, want ik kan je vriendschap niet missen. Het onuitsprekelijk domme - ik heb dat geloof ik al eens vaker gezegd - is, dat die paar mensen die na een lang leven overblijven, om veel van te houden, elkaar bijna nooit zien terwijl de tijd zo kort is. (VO aan V, 1985)
Een krachtig en prachtig boek. Ik vraag me af wat Voskuil ervan gevonden zou hebben.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Dag schrijver,
BeantwoordenVerwijderenMisschien vind je de biografie die Maaike Meijer schreef (M.Vasalis) dan ook wel net zo lezenswaard als ik. Ik kreeg hem van een goede vriend, 'k zou hem zelf niet gekocht hebben, veel te dik en nogal duur. Maar wat een plezier heb ik eraan beleefd, dagenlang, zelfs wekenlang. Heel veel citaten uit heel veel brieven aan allerlei personen. Ja, het is naar binnen kijken, zeker, bij een persoon waar vrijwel iedereen een aantal gedichten van (her-)kent, maar waarvan we verder zeer weinig wisten.
Heb je ook wel eens een brievenboek van van Gogh gelezen?
Ha AvA,
BeantwoordenVerwijderenDat is een goeie tip, dank je.
Ik heb Van Gogh de brieven aan zijn broer gelezen, lang geleden, maar ik herinner me dat ik ze mooi vond.
Groet, schrvrdzs